Jackson Browne - De donkere werkelijkheid

Mei 1996

Toen Jackson Browne het podium opkwam, leek het alsof de tijd twintig jaar had stilgestaan. Zo op het eerste gezicht zag hij er nog krek hetzelfde uit: mager als een lat, halflang donker haar, slobberige zomerkleren. En net als vroeger begroette hij het applaudisserende publiek met een opgestoken hand, voordat hij achter de blinkend gepoetste vleugel plaatsnam. Bij de eerste pianoklanken kon haast niemand in de zaal het geloven, maar het bleek wel degelijk dat ene oude liedje waarin een lange stoet van angsten langzaam voorbijtrekt. En met Doctor My Eyes was gelijk ook de toon gezet voor een avond vol melancholie over de verloren onschuld - wat het leven had moeten brengen en wat het zoal had weggenomen.

Waar precies uit Nederland de verslaggever vandaan komt, wil Jackson Browne op een hotelkamer ergens in Londen weten. Aha, Utrecht. Jazeker, dat optreden daar, nu pakweg twee jaar geleden, kan hij zich nog wel herinneren. Zeer goed, zelfs. Mooie zaal, geweldige sfeer. “Een bijzondere avond. Dat mijn muziek zo veel voor jullie is blijven betekenen, liet me niet onberoerd, moet ik zeggen.” Het lijkt een feit: wie hier in Nederland in de jaren zeventig zijn platen heeft grijsgedraaid, zal hem nooit van z’n leven laten vallen. Natuurlijk, een meesterwerk à la For Everyman, Late For The Sky of The Pretender hoeven we van hem niet meer te verwachten, maar ieder album bevat wel weer een paar liedjes die iets los weten te maken.

Niet dat de teksten ervan ons net als vroeger uit het hart zijn gegrepen - het vermogen om uiting te geven aan de gevoelens en gedachten die wij zelf niet onder woorden kunnen ot zelfs willen brengen, dat mysterieuze vermogen lijkt hij voorgoed kwijt. Maar onze verborgen weemoed verklanken, dat kan hij nog wel degelijk. En af en toe is daar, totaal onverwachts, ineens weer zo’n treffende regel. Neem nou Looking East, zijn meest recente plaat, waar hij op een gegeven moment zingt: Better bring your own redemption when you come to the barricades of Heaven where I’m from. Een goede raad of een waarschuwing - wie zal het zeggen?

These times are famine for the soul while for the senses it’s a feast, heet het in het titelstuk van Looking East. Zie hem daar staan: de laaghangende zon in het westen achter hem, de rug naar de oceaan toe, de blik naar het oosten. On the edge of my country, I pray for the ones with the least. Roerend hoor, dat medeleven, maar wat kopen die arme sloebers daar nou voor? Je denkt het en op hetzelfde moment vervloek je jezelf voor die hufterige gedachte. Want Jackson Browne heeft zijn engagement tenslotte nooit alleen met de mond beleden en afgezien daarvan: wat helpt het als hij al zijn miljoenen zou wegschenken? “Mij persoonlijk kost het geen enkele moeite om niet cynisch te zijn.”

Kijk, clichés onstaan niet voor niets, dus neem nou maar gerust van hem aan: geld maakt inderdaad niet gelukkig. En omgekeerd: als je straatarm bent, kun je nog best een rijk leven leiden. “Geld is een middel, geen doel.” Vandaar dat veel miljonairs zo ontzettend verveeld, blasé en ontevreden zijn, iets dat hem beslist niet valt na te dragen. Nee, vervreemd is hij zeker niet. Alles wat er buiten zijn deur gebeurt, vindt hij eigenlijk belangrijker en interessanter dan zijn eigen muizenissen. “Ik wil in de wereld leven, niet in mijn hoofd - dat heb ik vroeger lang genoeg gedaan.”

Oké, hij hoeft zich financieel nooit meer kopzorgen te maken. Maar ontneemt dat hem soms het recht om zich het lot van de lagere klassen aan te trekken? Mag hij zich daarom niet opwinden over de ontmanteling van de welvaartsstaat? Breek hem de bek niet open over de haviken, die gedurende de Koude Oorlog de militaire uitgaven de pan lieten uitrijzen, waardoor men nu kampt met een gigantische staatsschuld, die men uit alle macht probeert weg te werken door te bezuinigen op de toch al magere sociale voorzieningen. “Als je onverhoopt een slepende ziekte krijgt, moet je je blauw betalen. Zelfs doodgaan kost je vandaag de dag een klein vermogen.”

Nog zo’n stokpaardje van Jackson Browne: de nieuwsmedia. “Geef ons twintig minuten en we geven je de wereld,” beloven ze. En vervolgens willen ze je doen geloven dat we het er met z’n allen niet eens zo slecht vanaf brengen. “Het liefst zouden ze alles in het felle licht zetten, zodat je helemaal nooit meer ziet hoe donker het in werkelijkheid is.” Ze houden de massa doelbewust dom teneinde het volk te kunnen manipuleren en controleren. Want vergeet niet: de media zijn in handen van de kapitalistische ondernemingen, die samen met de religieuze leiders de macht en het gezag delen. Enfin, dergelijke zaken houden hem nu eenmaal bezig en hij wil die misstanden op een of andere manier per se in zijn muziek aankaarten. “Er heerst in de amusementsindustrie al genoeg gebrek aan moraliteit en spiritualiteit.”

I have no problem with this crooked world, I play the cards I drew. No problems with the changes life has hurled, my problem is you. Dat Jackson Browne ooit nog eens zulke ontwapenende woorden zou zingen. Toen een jaar of drie geleden I’m Alive verscheen, werd er dan ook gesproken van een verrassende comeback - eindelijk weer eens een plaat over de liefde en al haar desillusies. Aanleiding was het definitieve einde van zijn in de roddelpers breed uitgemeten knipperlichtrelatie met actrice Daryl Hannah. “Om die tot op de draad versleten uitdrukking te gebruiken: ik moest gewoon mijn hart luchten. Ik schreef dat album als het ware tegen wil en dank.”

Momenteel gaat het weer uitstekend met hem, dank u. Aan inspiratie geen gebrek, getuige het feit dat Looking East er voor zijn doen zo snel kwam. “Ik verkeer in goed gezelschap, dat stimuleert.” Hetgeen betekent dat er een nieuwe geliefde in zijn leven is. Plus de kinderen zijn inmiddels opgegroeid, dat scheelt ook. Zijn oudste zoon studeert in New York, de jongste emigreerde onlangs samen met zijn moeder van Los Angeles naar Australië, terwijl het neefje over wiens opvoeding hij waakt sinds kort op een internaat zit. “Kortom, mijn bestaan is tegenwoordig zo ingericht dat ik ongestoord kan werken.” Muzikaal heeft hij eveneens zijn draai hervonden, dat wil zeggen: net als vroeger trekt hij zich niets aan van wat er in de rock ’n’ roll allemaal aan moderns gebeurt. “Ik loop inmiddels tegen de vijftig en dan hoef je je niet meer zo nodig te verjongen. Je bent wie je bent.”

Vraag hem niet naar de jaren zeventig, dat decennium vol troosteloos hedonisme. Dan stokt zijn woordenstroom, zeker als het overlijden van zijn vriend Lowell George ter sprake komt. “Wat kan ik er over zeggen? Ik mis hem. Tot op de dag van vandaag mis ik hem.” Al stierven ze destijds bij de vleet, de zelfvernietiging van de briljante voorman van Little Feat noemt hij een tragisch incident. “Ik zag zijn dood absoluut niet als een teken aan de wand. Niet voor niets bleef ik mijn kaars nog ettelijke jaren aan twee kanten branden. Maar goed.” Dit gezegd hebbende, moet hij even gaan verzitten. Niet zozeer omdat hij zich ongemakkelijk voelt, nee, Jackson Browne, de Dorian Gray onder de singer-songwriters, heeft de laatste tijd wat last van zijn rug.