Racoon - De vijfde man

Juli 2011

Halverwege de jaren nul leidde Racoon een zieltogend bestaan, maar dankzij de single Love You More, een liedje waarvoor Crowded House zich niet zou hoeven schamen, stonden de Zeeuwse makkers opeens in de schaduw van hun immens populaire provinciegenoten Bløf. Het nieuwe album Liverpool Rain is alweer maandenlang amper aan te slepen en lijkt het verkoopsucces van Another Day zelfs in dit downloadtijdperk te gaan evenaren. Met speciale dank aan hun nieuwe producer, aldus gitarist Dennis Huige (37), al staat zo’n muzikale regisseur volgens hem praktisch altijd garant voor extra kwaliteit. “Wij zouden trouwens helemaal niet zonder kunnen, want onze groep is een schip met vier kapiteins.”

“Er zijn diverse soorten producers. Zo heb je de technicus die zich puur bezighoudt met geluid. De mentor concentreert zich juist op de artiest zelf. De muzikant bemoeit zich intensief met de composities en de arrangementen. En de hitmaker bedenkt alles zelf en zoekt daar dan de poppetjes bij. Wij van Racoon hebben uitsluitend gewerkt met muzikantproducers en dan vooral met Michel Schoots, de vroegere drummer van Urban Dance Squad. Zijn grote kracht ligt in de preproductie, de fase tussen het schrijven van de nummers en het opnemen van de plaat. Het breekijzer noemden we hem in begin, omdat hij je nieuwe liedjes altijd helemaal openbreekt. Alles wat er niet goed genoeg aan is, haalt hij eruit en moet je overdoen: intro pakkender, couplet korter, refrein sterker, dat soort dingen. Ook is hij een kei in structereren: een enkel of een dubbel refrein bijvoorbeeld, wel of geen brug, een brug vóór of na het refrein. Verder bemoeit hij zich nog met de partijen. Aanvankelijk was onze muziek vrij muzikanterig, in die zin dat het vol zat met frutseltjes en versierseltjes. Hij heeft ons geleerd dat de zang voorop hoort te staan. Daarachter mag er best allerlei intelligents gebeuren, zolang het maar niet het liedje in de weg staat.”

“Ons tweede album hebben we opgenomen met Erwin Musper, die als studiotechnicus naam maakte met metalbands als Scorpions, Van Halen en Def Leppard. Michel was toen druk in de weer met Kane, al heeft hij wel nog een deel van de preproductie kunnen doen. Erwin sleutelde heel wat minder aan de liedjes en begon al vrij snel in arrangementen te denken. Uiteindelijk stonden er wel twintig verschillende versterkers in de studio en ook hadden we een heleboel elektrische gitaren geleend. Here We Go, Stereo! klonk grootser dan Till Monkeys Fly, maar was naar ons idee toch minder goed, al waren we te onervaren om daar de vinger op te kunnen leggen. In ieder geval sloeg het album vrij snel dood en liet de platenmaatschappij ons vallen. Een paar weken na het slechte nieuws belde Michel: mochten we er voor voelen, dan ging hij graag weer met ons in zee, waarbij het hem niets kon schelen als er vooralsnog geen geld of contract was. Hij wilde alleen geen rockalbum meer maken, maar een echte liedjesplaat, want pure pop vond hij nu eenmaal onze sterkste kant. Op het moment dat Love You More met akoestische gitaar thuis op de bank ontstond, hadden we meteen het gevoel dat we op de juiste weg zaten.”

“Na het enorme succes van Another Day besloten we met Before You Leave niet gelijk weer van richting te veranderen, nog afgezien van het feit dat er artistiek gezien geen enkele noodzaak toe bestond. Met Liverpool Rain hebben we niet alleen gekozen voor verdieping, maar ook voor een andere producer. Frappant genoeg leek het Michel eveneens verstandig om in ieder geval één album over te slaan, al hebben we hem wel opnieuw gevraagd voor de preproductie. Zo wisten we ons tenminste verzekerd van een plaat à la de vorige twee als onze ideeën met strijkers en toetsen niet zouden blijken te werken. Volgens onze Belgische manager was Wouter van Belle, die we eigenlijk alleen kenden van dat prachtige debuut van Novastar, de aangewezen persoon om onze muziek naar een hoger plan te tillen. En het is hem inderdaad wonderwel gelukt om de gewenste magic dust over onze liedjes te laten neerdalen. Plus dat het voor ons prestige natuurlijk mooi meegenomen is dat we dankzij hem met het gerenommeerde London Chambre Orchestra in de legendarische Abbey Road-studio hebben gestaan. Wat me maar weer eens in de overtuiging heeft gesterkt dat een geschikte producer het verschil kan maken tussen goed en geweldig.”